Journalistiek kan en mag niet neutraal zijn, ook niet bij de VRT | De Morgen

Gepubliceerd op Auteur: koenarchief

https://www.demorgen.be/meningen/journalistiek-kan-en-mag-niet-neutraal-zijn-ook-niet-bij-de-vrt~b39cac93/

Journalistiek kan en mag niet neutraal zijn, ook niet bij de VRT

Peter Verlinden is docent media en internationale conflicten aan de KU Leuven en voormalig VRT-journalist (1991-2019). De politieke onderhandelingen over de beheersovereenkomst met de VRT zitten in de laatste rechte lijn. Traditiegetrouw begint het dossier te lekken.

Zo wordt het idee afgetoetst om de ‘neutraliteit’ van de VRT-informatie te meten op basis van het Elektronisch Nieuwsarchief (ENA). Het ENA startte als een project van vier Vlaamse universiteiten met structurele steun van de Vlaamse regering. Nu wordt het amper in leven gehouden door de Universiteit Antwerpen dankzij sporadische subsidies van de minister van Media. Sinds 2003 codeert het ENA onder meer de nieuwsuitzendingen van 19 uur van VRT en VTM naar vorm en inhoud.

Tot een drietal jaar geleden publiceerden academici van verschillende universiteiten geregeld studies op basis van deze databank. Bij gebrek aan Vlaamse subsidies ligt die Nieuwsmonitor nu stil. Gelukkig blijft het coderen wel verdergaan zodat ook mijn studenten aan de KU Leuven gebruik kunnen maken van deze schat aan gegevens.

Nu hebben de onderhandelaars van de Vlaamse regering het jarenlang verwaarloosde ENA ontdekt als meetinstrument voor de neutraliteit van de VRT-informatieprogramma’s. Vanuit academisch en journalistiek standpunt zou dit bijzonder kwalijk zijn. Het politiek misbruik van waardevol onderzoeksmateriaal ligt op de loer. Waar zit de fout?

Geen journalistieke norm

(Sommige) onderhandelaars denken blijkbaar dat de journalistieke kwaliteit van de openbare omroep zou verbeteren door neutraliteit te meten. Het gaat dan om de gelijke verdeling van meningen over een onderwerp, van (uiterst) links tot (uiterst) rechts.

Deze benadering vertrekt van een enggeestige en lang achterhaalde kijk op journalistiek, alsof het erom gaat diverse meningen aan bod te laten komen en vervolgens de boeken te sluiten. Helaas gebeurt dit nog al te veel, ook op de VRT. Toch staat die aanpak mijlenver van goede journalistiek. Die moet op zoek gaan naar ‘de waarheid’ (truth-seeking) en in functie daarvan relevante stemmen aan het woord laten. Daarbij is het perfect mogelijk om bepaalde ‘meningen’ niet te laten horen.

Een eigen voorbeeld. Over mensenrechtenschendingen in het gebied van de Grote Meren is het veel relevanter om slachtoffers te laten horen, mensenrechtenonderzoekers, spijtoptanten, dan dictators die verklaren dat er niets aan de hand is. Een leugenachtige mening is eventueel relevant als die door een journalist met dossierkennis correct gekaderd wordt. Dat is een moeilijke opdracht waarin de journalistiek geregeld niet slaagt, ook niet bij de openbare omroep. Maar het alternatief kan en mag zeker niet zijn om dan maar diverse meningen, in evenwicht, op het publiek los te laten om een zogenaamde neutraliteit te bereiken. Dat is slechte journalistiek.

Niet meetbaar

Zelfs al zou de politiek beslissen dat een evenwichtige weergave van alle meningen over een onderwerp in een VRT-programma noodzakelijk is, dan stelt zich nog de vraag hoe je zoiets kan meten. Wetenschappers breken zich al decennialang het hoofd over wat neutraliteit en objectiviteit eigenlijk is. De meesten concluderen dat het onwerkbare concepten zijn: niet te meten. De onderhandelaars vertrekken blijkbaar van de idee dat je neutraliteit kan meten door gasten in een programma een label te geven, op te nemen in de codering bij het ENA, om zo het gewicht van de politieke strekkingen vast te leggen. Voor politici zou dat nog een aardige oefening zijn, hoewel journalistiek zinloos. Voor andere gasten kan ik hen alleen maar veel succes wensen. Begin maar met Mia Doornaert, Carl Devos, Bart Kerremans, Rik Van Cauwelaert…

Het Elektronisch Nieuwsarchief werd nooit gecreëerd om zinledige oefeningen te doen, wel voor degelijk onderzoek.

Toch zou een algemene monitoring van de VRT-journalistiek op academisch niveau interessant kunnen zijn, mits een transparante en politiek ongebonden samenwerking met de redactie. Dat is destijds niet gelukt met de Nieuwsmonitor. Niets belet om het nu beter aan te pakken.

Een onafhankelijk adviesorgaan met deskundigen uit de academische, journalistieke en culturele wereld zou ook zinvol zijn. Het is trouwens een verplichting in de Cultuurpactwet (1973!) maar nooit gerealiseerd: (art. 19) “een vaste adviescommissie waarin alle erkende verenigingen van gebruikers en alle ideologische en filosofische strekkingen vertegenwoordigd zijn.”

Journalistieke kwaliteit is te belangrijk om te laten bepalen door een politiek akkoord. Daarbij dreigt niet het belang van de journalistiek en van het publiek voorop te staan, maar wel van de politieke partijen. Dat kan toch de bedoeling niet zijn.