Opgepast: in huiswerk verdrinkende kinderen | De Morgen

Gepubliceerd op Auteur: koenarchief

Opgepast: in huiswerk verdrinkende kinderen

Telewerk met afstandsonderwijs combineren is geen sinecure.✦InterviewTim Surma
Telewerk met afstandsonderwijs combineren is geen sinecure.Beeld Wouter Van Vooren

Onderwijsonderzoeker Tim Surma (Expertisecentrum voor Effectief Leren van de Thomas More-hogeschool) roept scholen op om leerlingen nu niet te overrompelen met huiswerk of onlinelessen. Volgens Surma zijn veel leerkrachten in een kramp geschoten in een poging zinvol afstandsonderwijs te geven. ‘De wereld zal niet vergaan als er het volgende uur geen taak in de inbox van een leerling zit.’

Vanwaar uw oproep op Twitter?

“Ik kreeg via verschillende kanalen te horen dat op sommige scholen de leerkrachten het volledige lessenrooster moeten aanhouden of een permanent takensysteem op poten zetten, zowel in het lager als secundair onderwijs. Maar dat is niet realistisch, niet voor leerlingen én leerkrachten. Een aantal scholen verliezen het bredere perspectief uit het oog. Uiteraard goed bedoeld, vanuit het moreel plichtsbesef toch goed onderwijs te willen geven.”

Dat was toch de vraag van de overheid, die tijd zo zinvol mogelijk invullen?

“Het is goed dat er contact wordt gehouden met de leerlingen. Maar de thuissituatie van leerlingen én leerkrachten kan nu zo gigantisch verschillen dat je niet te veel mag veronderstellen.

“Neem leerkrachten: die werken nu van thuis. Maar vaak hebben ook zij kinderen waar ze voor moeten zorgen of moeten ze afspraken maken met een partner die telewerkt. Voor leerlingen zijn er nog meer afleidende factoren. Het kan dat ze niet kunnen focussen op schoolwerk doordat er te weinig schermen in huis zijn, systemen kunnen overbelast geraken, niet elke ouder kan helpen enz.”

Hoe moet het dan wel volgens u?

“Sommigen doen het al goed uiteraard. Andere scholen staan nu beter even op de rem om te bepalen welke leerstof essentieel is voor dit schooljaar. De wereld zal niet vergaan als er het volgende uur geen taak in de inbox van een leerling zit.

“Daarnaast moeten scholen nadenken over de werkdruk voor leerlingen en leraren. Ik zie scholen waar er per klas een spreadsheet gemaakt wordt waarin leerkrachten kunnen aangeven wat het maximale aantal lesuren is waarvan verwacht wordt dat leerlingen werken . Bijvoorbeeld tien uur per week in de eerste graad van het secundair onderwijs en zestien uur in de derde graad. Dat zijn maar voorbeelden, elke school moet dat zelf beslissen.

“Ten slotte is het belangrijk dat helder te communiceren naar ouders, bijvoorbeeld één keer per week.”

Moet elk vak überhaupt aan bod komen nu?

“Wederom hangt het daar van school tot school af, maar het is logisch om toe te spitsen op de hoofdvakken van een richting. À la guerre comme à la guerre. Het is nu niet het moment om 32 uur (een normale lesweek, PG) te voorzien. Het is kwestie van prioriteiten te stellen.

“Daarnaast is het belangrijk om te beseffen dat een aantal basisprincipes van de didactiek ook nu overeind blijven. Het is niet omdat je tools of filmpjes ter beschikking stelt dat er ook effectief geleerd wordt. Dus beter weinig en goed dan haastwerk zonder rendement.”

Hebt u ook tips voor ouders in deze situatie?

“De gouden regel is: probeer structuur aan te brengen. Spreek bijvoorbeeld met je kinderen af dat ze de eerste paar uur van de dag voor school werken. En zet hen aan tot lezen, dat is en blijft belangrijk. Ouders moeten beseffen dat we een marathon lopen en geen spurtje trekken: ik durf geen voorspellingen te doen over hoe lang deze situatie zal blijven duren.”

Ook thuis kan de verveling al eens toeslaan.Beeld Wouter Van Vooren

Nu we noodgedwongen overschakelen op leren via technologie verwachten sommigen ook dat we het onderwijs van de 21ste eeuw aan het uitvinden zijn. Wat denkt u daarvan?

“De overheid heeft niet opgeroepen om een groot didactisch experiment te organiseren, wel om de scholen te sluiten omwille van de veiligheid. Ik zou het heel misplaatst vinden om die te gaan gebruiken als drogreden om nu een onderwijsrevolutie te prediken over hoe technologie ons onderwijs zal veranderen. Digitaal afstandsonderwijs is jarenlang opgehemeld. Tien jaar geleden werd voorspeld dat de helft van alle lessen aan de universiteiten online gegeven zou worden. Achteraf gezien is die impact bescheiden gebleken.

“Versta me niet verkeerd, ons expertisecentrum is niet tegen de integratie van technologie in onderwijs. Never waste a good crisis: leerkrachten zullen sowieso veel handige zaken ontdekken. Maar ook hier is het belangrijk realistisch te blijven en de focus houden op wat echt telt.”

Marc Van Ranst zei in Het Laatste Nieuws dat scholen nooit hadden hoeven te sluiten voor hem. Ook de regels voor wie opgevangen moet worden, veranderen nu plots. Wat denkt u daarvan?

“Ik ben geen medisch expert dus kan me daar niet over uitspreken. Al is het wel ongelukkig dat de communicatie die eerst werd gegeven nu wordt tegengesproken. Dat geeft geen goed gevoel. Al ik snap dat ook wel. Het is niet dat er een draaiboek ‘Hoe omgaan met een pandemie op school’ klaarligt.”

Hoe nefast is de sluiting van scholen voor de ontwikkeling van kinderen eigenlijk?

“In periode waarin er geen school is, vertraagt het leren. De grote schoolvakantie leidt bijvoorbeeld gemiddeld tot een cognitieve terugval die overeenkomt met één maand onderwijs. Daarnaast worden de kloven tussen de leerlingen groter: de meest democratische factor, namelijk tijd, wordt immers buitenspel gezet.”

Wat bedoelt u daarmee?

“Telkens als de klok tikt in een leeg klaslokaal is dat in het nadeel van alle kinderen, maar toch nog meer voor kinderen uit minder welgestelde gezinnen. Of je nu een kind bent van hoogopgeleide ouders die beiden een job hebben of je komt uit een arm gezin, als je op school zit krijg je sowieso 50 minuten instructietijd van de leerkracht. Valt dat weg, dan zie je dat sommige ouders – veelal die uit de eerste groep – opdrachten verzinnen voor hun kinderen, samenvattingen maken of helpen bij huiswerk. Eigenlijk krijgen zij privé-onderwijs. Die tweede groep heeft dat vaker niet. De school kan een democratische en sociale mobiliteitsmachine zijn.”

Dus eigenlijk wordt de periode ná deze crisis nog belangrijker?

“Klopt. We moeten leerkrachten en directies nu een beetje soigneren. Als de schoolpoort weer open gaat, dan hebben we hun magie pas echt nodig om dat verschil weg te werken. Ik hoor hoe onze lerarenopleidingen nu al bekijken of ze hun studenten kunnen inzetten om leerlingen te helpen die nood hebben aan extra ondersteuning. Vermoedelijk komen er zo nog initiatieven.”

Om dat te kunnen bolwerken korten we de schoolvakantie misschien best al in?

“Het lijkt mij beter dat we na afloop van deze crisis even op adem komen. Wie weet wat er in de tussentijd gebeurt? We weten niet hoelang dit zal duren en mogelijk krijgen sommigen onder ons straks slecht nieuws te verwerken. De schoolvakantie nu al inkorten, is dan geen opbeurende gedachte voor leerlingen en leerkrachten die zich nu al dubbelplooien.”

Onderwijsonderzoeker Tim Surma (Thomas More hogeschool): ‘Telkens als de klok tikt in een leeg klaslokaal, is dat vooral in het nadeel van kinderen uit minder welgestelde gezinnen.’Beeld Thomas More