Joost Vandecasteele: ‘Als je een samenleving écht wilt besmetten met angst, pleeg je een aanslag in Wuustwezel of Zomergem. Pas dan voelen we ons nérgens meer veilig’
‘Ik ben geïnteresseerd in agressie, en dan is Brussel een dankbaar decor. Agressie maakt er dingen mogelijk, er leeft geen zucht naar schoonheid.’Beeld Carmen De Vos
Nieuwe roman’Verlos ons van het kwaad’
Een minimaal geventileerde ruimte waar tien bomen research opgetast liggen, met in het midden een zoemende Mac waarop honderd tabbladen openstaan, stuk voor stuk sluipwegen van het internet: zo stel ik me de werkkamer van Joost Vandecasteele (42) voor. Ik kan m’n visioen niet factchecken, want we hebben afgesproken op een caféterras, waar we praten over ‘Verlos ons van het kwaad’, de roman waarin Vandecasteele een man opvoert die na de aanslagen in Brussel obsessief tegen de terreurdreiging vecht.
HUMO Op het moment van de aanslagen woonde je in een appartement in Kuregem, een wijk in Anderlecht. Dat treft: Koen B, je hoofdpersonage, óók.
JOOST VANDECASTEELE «Door de research die ik in die tijd deed – bedoeld voor een comedyvoorstelling, want pas toen corona het podium onbetreedbaar maakte is ‘Verlos ons van het kwaad’ een boek geworden – merkte ik hoe dicht ik zat bij alles wat er toen gebeurde. De restaurants waar in de achterkamertjes alles beraamd werd, de winkels waar je wapens kunt bestellen, de plek waar Mohamed Abrini gearresteerd werd: het gebeurde om de hoek waar ik mijn leven leidde.»
HUMO Al op één van de eerste pagina’s bleef ik instemmend knikkend bij een gedachte hangen. ‘De burger werd behandeld als een hysterisch kind en gesust met platitudes over haat verslaan met levenslust.’
VANDECASTEELE (knikt) «Op dat moment is in het boek de Charlie Hebdo-aanslag net gebeurd. De rest – de aanslagen van 2015 in Parijs en die van 2016 in Brussel – moet nog komen. Maar dan al wordt er gezegd dat we die wreedheid moeten counteren met joie de vivre. Dat we Blauwe Chimay moeten drinken, want dát toont aan dat we niet onder de indruk zijn van de aanval, dát is ons verzet. En dat riedeltje werd herhaald toen Parijs weer getroffen werd, en even later Brussel aan de beurt was. (Schudt het hoofd) Ik geloof werkelijk dat het een leugen is dat het die terroristen te doen was om een aanval op onze buikige, liberale manier van leven. Denk je nu echt dat ze een paar weken na de aanslagen in Parijs en Brussel in een grot zaten te treuren omdat de tapkranen weer liepen? ‘Verdomme, ze zijn nog altijd vrolijk, ze zitten nog altijd sudoku’s op te lossen alsof er niets aan de hand is, en ze drinken nog altijd Blauwe Chimay!’ Nee – dat interesseert die terroristen niet.»
HUMO Maar er was wel angst – een vrij nieuwe angst, zelfs. Misschien was dat neveneffect wel het grote doel van de aanslagen?
VANDECASTEELE «Maar dan laat je toch geen bommen ontploffen in Brussel en Parijs? Als je een samenleving écht wilt besmetten met angst, dan pleeg je een aanslag in Wuustwezel of Zomergem. In een dorpje. Pas dan geef je het signaal: ‘Jongens, jullie zijn nérgens meer veilig.’ Maar het gebeurde in Brussel en Parijs, in steden waarin elke inwoner weet dat hij leeft met het latente gevaar van iets groots en gewelddadigs.»
HUMO Goed, maar waar is het moslimterroristen dan wel om te doen?
VANDECASTEELE «Destructie! Verwoesting!
»Mensen zijn heel goed in zelfverantwoording. In ná de feiten uitleggen waarom ze iets verfoeilijks hebben gedaan. En in het geval van religieus terrorisme is de godsdienst dan een welgekomen uitleg, de aversie tegenover een bepaalde levenswijze. Maar dat is onzin, niet meer dan een zelfgekozen schaamlap: het doel van islamterreur is gewoon destructie. De wereld indeuken. Daarin verschilt het trouwens van rechts terrorisme, dat altijd te maken heeft met het verlangen om de samenleving over te nemen, met orde brengen. Het ene soort terrorisme wil iets afbreken, het andere wil iets creëren – fundamenteel anders, maar fundamenteel even kwalijk.
»Het oude Europa heeft geen antwoord op de traumatische gebeurtenis die zo’n aanslag is. Altijd weer volgt het sussen, het verdoezelen. Dan krijg ik als inwoner van Brussel zo’n minachtend strijkje over de bol: ‘Kom, het is gebeurd, maar we gaan nu verder.’ Stel je voor dat een psychiater dat tegen een patiënt zegt. ‘O, je bent verkracht? Ach, de kans is klein dat het weer gebeurt. Verdring het. Doe gewoon voort! Drink een Blauwe Chimay!’»
HUMO Het zal wéér gebeuren, lees ik tussen de lijnen?
VANDECASTEELE «Het is naïef om te denken van niet, toch? Ik woon intussen op een andere plaats in Brussel, maar als ik in m’n oude buurt rondwandel, zie ik nog steeds hetzelfde. De jongens die de paspoorten vervalsen: ze zijn er nog. De mannen bij wie je een kalasjnikov kunt kopen: present. De dealers, de tussenpersonen, het kleine grut dat bereid is om te zwijgen: allemaal daar. De netwerken zijn er nog, net als de haat en de verwoestingsdrang, én het lakse wegkijken van de overheid: natúúrlijk zal het nog gebeuren.»
HUMO Maar als verwoesting het ultieme motief is, als het eigenlijk over nihilisme gaat, wat valt er dan aan te doen? Hoe kun je wreedheid vermijden als ze geen duidelijke wortels heeft?
VANDECASTEELE «Door te evolueren naar de totale controlemaatschappij. Zoals China. Daar hanteren ze nu het sociaalkredietsysteem, waarbij de overheid je gedrag beoordeelt, en je punten dan wel straffen geeft. Dat systeem stoelt op camera’s die op elke straathoek hangen, op DNA dat aan je privacy wordt onttrokken, op voortdurende controle. Díé samenleving – de waakzame maatschappij met een controle-element – zal de kans op aanslagen drastisch verlagen. De inlichtingendiensten weten dat, de politici ook: als we willen dat het niet meer gebeurt, moeten we de bevolking in het oog houden – altijd, overal.»
HUMO Gezellig wel.
VANDECASTEELE «Het is niet mijn verhoopte oplossing, hè – integendeel. Het is mijn voorspelling: in die richting zal het evolueren. En vanzelfsprekend moet je dan de vraag stellen: is het dat wel allemaal waard? Waarschijnlijk niet, nee.»
HUMO Valt er dan echt niets anders te verzinnen? Het lakse wegkijken willen we niet, de ultieme controlemaatschappij evenmin – en daartussen zit niets?
VANDECASTEELE «Weet je, ik ben gefascineerd door propaganda. Of het nu extreemrechts is, de terroristen van IS, de antivaxers, of de boze knechten van Donald Trump: in de werkelijkheid die ze beschrijven en voorspellen, zit veel meer fictie dan in de gemiddelde zondagavondreeks op Eén. Het gaat over aliens met een kwaad plan, over mensen die 5G-chips ingeplant krijgen, over Bill Gates die de wereldbevolking wil decimeren. Over Hillary Clinton die een pedofilienetwerk leidt in de kelder van een pizzarestaurant in Washington D.C. Dat is geen anekdotiek, hè – dat zijn absurde hersenschimmen die écht door massa’s mensen gedeeld worden. Het is ongelooflijk wat mensen bereid zijn te geloven, zolang het maar bevestigt wat ze denken. Internettrollen buiten dat geweldig uit. ‘Ja, je hebt gelijk,’ zeggen die, ‘de tenoren van het politieke establishment spuwen op jou. En wat nog meer is: ze offeren kinderen aan Satan!’ Dat wordt gelóófd. En dan komen de factcheckers: (met klagerig kinderstemmetje) ‘Jamaar, dat is niet waar!’
»Wij – Europa, met ons idee van vrede, waarheid en compromis – denken dat we het kunnen redden door het fair te spelen. Maar dat is zo naïef: niemand is het nog fair aan het spelen. Of het nu Rusland is, IS of extreemrechts: ze kénnen het internet, ze weten hoe ze trollenfabrieken kunnen installeren, ze knuppelen de waarheid dood met memes en deepfakes. En ondertussen reutelt Europa wat over universele waarden, over vrede, over gezellig samenzijn.»
HUMO Maar…
VANDECASTEELE «Ik denk dan: beat them! Creëer meer fantastische fictie! Kom niet af met factcheckers die met de sikkeneurigheid van een boekhouder zeggen dat het allemaal niet waar is. Maak zélf fictie! We moeten fundamentalistischer zijn dan de vijand. Ons geloof, hier in België, is het absurdisme. Wel, speel dat uit!»
HUMO Het wordt iets te abstract voor mij. Wat bedoel je precies?
VANDECASTEELE «Als moslims het barbaars vinden dat de profeet afgebeeld wordt, zeg dan niet dat dat van een pathetische kleinzerigheid is. Nee, zeg dat wij élke afbeelding heiligschennis vinden. Laten we dan elke donderdagmiddag met een groot gebaar selfiesticks verbranden op de Grote Markt van Brussel!
»We moeten grotere, gekkere, vreemdere verhalen verzinnen, zodat de extremisten zeggen: ‘Oei, die zijn zot. Die zullen we maar met rust laten.’»
HUMO Dat zijn de ideeën van de schrijver en de komiek die je bent – maar in de concrete realiteit zijn ze weinig bruikbaar, geloof ik.
VANDECASTEELE (Onverstoord) «Er moet dan ook een ministerie van Fictie komen. Ik ben bereid om dat twee uur per week te bemannen. Noem het mijn burgerplicht.»
‘Als je een samenleving écht wilt besmetten met angst, dan laat je toch geen bommen ontploffen in Brussel en Parijs? Dan pleeg je een aanslag in Wuustwezel of Zomergem. Pas dan geef je het signaal: ‘Jongens, jullie zijn nérgens meer veilig.’’Beeld Carmen De Vos
NACHTWINKELLEEFTIJD
HUMO Het markantste personage in ‘Verlos ons van het kwaad’ is Brussel. Je bekritiseert de stad met een felheid die liefde verraadt.
VANDECASTEELE «Ik ben geïnteresseerd in agressie, en dan is Brussel een dankbaar decor. Het is wat me mateloos fascineert aan die stad: agressie maakt er dingen mogelijk. Er leeft geen zucht naar schoonheid. En de politiek laat zich leiden door die agressie.
»Ik geloof in wat ik maar architecturale psychologie zal noemen: het leven in een stad reflecteert de manier waarop ze is gebouwd. Ik denk dat het Oscar Wilde was die ooit, op de vraag waarom er veel geweld is in Amerika, antwoordde: ‘Omdat jullie behangpapier zo lelijk is.’ Hoe Brussel is opgebouwd, hoe die stad eruitziet, dat lokt agressie uit. (Boos) Kijk alleen al hoe het verkeer hier georganiseerd wordt. We hebben de kleine ring: een racebaan die we rondom de binnenstad hebben gelegd. De boodschap van die treurige cirkel van asfalt: ‘Hier past plankgas!’ En vervolgens zijn we verbaasd dat als mensen een gezellig zijstraatje inslaan ze die hang naar hoge snelheden niet plots kwijtraken.
»Als je in Brussel hard genoeg roept of slaat of klauwt, dan krijg je iets geregeld. En dat mechanisme wordt ook nog eens gecultiveerd door de politici die deze stad horen te besturen. We zijn sjoemelaars, zeggen ze, bricoleurs, plantrekkers – met het toontje waarop je een kleuter een aanmoedigend kneepje in de wang geeft. Het wordt als schattig en charmant gezien. Maar zo creëer je dus wel de gedachte dat je hier je plaats kunt opeisen met geweld. En zo wordt dat na verloop van tijd de énige manier waarop je in zo’n stad kunt functioneren. Dat merk ik elke dag.»
HUMO Brussel werd ook een hotspot voor corona.
VANDECASTEELE «Natuurlijk! De covidpas, de mondmaskerplicht: je weet op voorhand dat dat in deze stad doodgeboren kinderen zijn.
»En religie helpt ook niet, natuurlijk. Niemand heeft ooit gezegd bij een gespannen situatie: ‘Gelukkig is er godsdienst!’ Zoals niemand ooit zegt: ‘Weet je wat er ontbreekt bij deze picknick? Een kerel op een brommer!’»
HUMO Maar opnieuw: wat doe je eraan? Hoe verander je een stad?
VANDECASTEELE «Brussel laat zichzelf telkens weer in dezelfde valstrik lokken. ‘Sensibiliseren! We moeten de bevolking sensibiliseren!’ Of het nu gaat over zwartrijden, racisme, sluikstorten of catcalling: altijd is een ludieke affichecampagne de oplossing. ‘Als we het leuk maken, zullen ze wel luisteren!’ Soms denk ik dat er in de kelders van het stadhuis een mannetje opgesloten zit dat z’n handboeien alleen mag uitdoen om al die cartooneske affiches te tekenen.
»Wat China doet met het sociaalkredietsysteem is niet gebaseerd op knullige humor, wel op schaamte. Nogmaals: ik zeg niet dat dát de aangewezen manier is. Integendeel, ik zou er doodsbang van worden. Zet dus alsjeblieft niet boven dit stuk dat Joost in China wil wonen.»
HUMO Maar ik detecteer wel een zeker verlangen naar orde, naar iets van repressie.
VANDECASTEELE «Neen! Ik ben een sukkel, een door het leven mankende kluns – ik zou geen twee minuten overleven in een ordelijke samenleving.
»Ik vind het gewoon interessant om over na te denken, het idee om schaamte in te zetten om de samenleving vrolijker te maken. Eigenlijk gebeurt het al een beetje met het verbod op zwemshorts in Brusselse zwembaden – mannen komen er alleen in met zo’n strakke Speedo. Daar wordt dan een officiële reden voor bedacht – iets met hygiëne, geloof ik – maar iedereen weet waar het werkelijk om te doen is: allochtone jongens weren. Want die dragen een short, geen zwembroek. Ik vind dat van een frappant surrealisme: de gasten die worden weggezet als schaamteloze seksmaniakken, als duiveltjes die de grenzen van vrouwen niet respecteren, zijn blijkbaar bang van hun eigen dijen.
»Enfin, ik ben gewoon nieuwsgierig naar wat het resultaat zou zijn als Brussel schaamte zou inzetten om problemen in te dijken.»
HUMO Maar werk het eens verder uit dan dat ene voorbeeld van de strakke Speedo?
VANDECASTEELE «Als winkels foto’s zouden tonen van mensen die er gestolen hebben, zou dat werken? Ik moet nu ook denken aan een reportage over een Zuid-Amerikaans land die ik ooit zag. De maker had de moeders van mannen die vrouwen lastigvielen de straat op gestuurd, wulps gekleed en koket opgetut. Waarop die kerels hen begonnen te versieren, tot ze zagen dat het om hun eigen moeder ging. Ik vond dat fantastisch. (Op dreef) De Rode Duivels staan met hun kop op de wikkels van Côte d’Or – en ik moet dan als consument geloven dat Kevin De Bruyne tijdens de rust van een interland het liefst z’n tanden zet in chocola-met-nootjes. Kan die Kevin niet beter op een levensgrote affiche gaan staan om mensen aan te spreken op hun wangedrag? ‘Godverdomme, Luc, zelfs uw moeder vindt u een eikel!’»
HUMO Je twee zonen – respectievelijk 12 en 2 – groeien op in Brussel. Betekent dat dat je onder de ergernis over de stad toch ook een zeker optimisme bewaart?
VANDECASTEELE «Ja. Absoluut. En dat optimisme wordt aangevuld met een koppigheid – de nukkige weigering om te vertrekken. Ik merk ook dat ik, zodra er op Brussel wordt gemept door mensen die er niet wonen, intuïtief het idee begin te verdedigen dat het niet zó erg is. Dat is het ironische voordeel van een stad waar de lelijkheid gecultiveerd wordt: schoonheid valt er des te meer op.
»Ik voel me vaak schuldig omdat ik het doe, kinderen opvoeden in Brussel. Maar tegelijk hoor ik mijn zoon van 12 zeggen: ‘Liever hier. Ik wil niet verhuizen.’ Hij valt zo stilaan ook in de doelgroep van deze stad, hè, hij nadert de nachtwinkelleeftijd: de jongeren die een dagtaak hebben aan feesten, chillen en durums vreten om drie uur ’s nachts. Terwijl ik op een leeftijd gekomen ben waarop ik hoop dat de postbode niet aanbelt tijdens mijn dutje.»
HUMO ‘Hij herkende veel van zichzelf in zijn zoon en vroeg zich af of hij zijn lafheid genetisch had doorgegeven,’ laat je Koen B zeggen in ‘Verlos ons van het kwaad’.
VANDECASTEELE «Daar ben ik zelf aan het woord – of toch een beetje. Er zit een zekere passiviteit in mij. Niet in mijn werk, natuurlijk: daarin zet ik een grote mond op. Maar in mijn dagelijks leven ben ik niet de kloeke held die voor zichzelf en voor het kwetsbare stuk van de samenleving opkomt. Ik heb m’n uiterlijk niet mee, en vooral: ik ben fundamenteel báng van agressie. Ik beschouw die angst als lafheid, maar tegelijk ben ik er ook vaagweg trots op: het is een afkeer van masculien haantjesgedrag. En die afkeer zie ik terug in mijn twee zonen – ook in het kleintje van 2 jaar. Dat maakt me bezorgd, want het is een code waarmee je Brussel niet kunt kraken. Maar ik vind het ook móói. (Zucht) Ik snap het gewoon niet, agressie. Elke communicatie in Brussel is een wedstrijd met als uitgangspunt: je zo boos mogelijk maken. En als je daar niet aan toegeeft, als je kiest voor een sympathieke zachtheid, lijkt het alsof je een fout begaat.»
‘Als je de kans op een aanslag wilt verkleinen, moet je de bevolking monitoren en controleren: altijd en overal. In die richting zal onze samenleving evolueren.’Beeld Carmen De Vos
AWOERT!
HUMO Elise E en Margot V, twee andere personages in ‘Verlos ons van het kwaad’, zijn cyberexperts. Anonieme wereldleiders, zou je kunnen zeggen: ze manipuleren de planeet vanachter een scherm. ‘In de startcodes van het web was het idee van eerlijkheid onbestaand,’ noteer je.
VANDECASTEELE «Ik vind het internet de belangrijkste uitvinding ooit – belangrijker dan het wiel, plastic of kussentjes met een spreuk op. Ik lééf op basis van het internet.
»In het boek sturen Elise en Margot de wereldwijde politiek aan. Dat kan alleen maar omdat we ook op microniveau ons leven laten sturen door het internet. We analyseren en beoordelen elkaar niet meer op basis van de echte gesprekken die we met elkaar hebben, wel aan de hand van wat we online prijsgeven. Jouw tweets en Instagram-stories onthullen meer over jou dan de vragen die je me in dit interview stelt – dat zijn we althans gaan denken.»
HUMO Is de consensus niet net dat we op sociale media mínder waarachtig zijn? Dat we een opgepoetste versie van onszelf aan de wereld presenteren?
VANDECASTEELE «Juist, maar dat is slechts één facet van je digitale leven. Je zoekgeschiedenis, wat je leest en bekijkt, de conversaties die je online voert: je vertrouwt je hele zelf toe aan een fundamenteel onveilige omgeving. Daar is het hele idee van datamining op gebaseerd, natuurlijk: ik kan me wel voordoen als iemand die empathie, tolerantie en schoonheid nastreeft, maar als je mijn telefoon hackt kom je er misschien wel achter dat ik zonet op het toilet bestialiteitenporno ben gaan bekijken.
»Je kunt zeggen: ‘Wat heb ik te verliezen? Wat is er zo erg aan gedoxt (vertrouwelijke info die wordt gelekt, red.) worden, of aan gecanceld worden na een ongelukkige tweet?’ Maar we hebben allemaal iets waardevols dat we niet willen verliezen.»
HUMO Eigenlijk vormt Koen B een uitzondering op die premisse. Hij raakt in ‘Verlos ons van het kwaad’ zo in de greep van de angst dat het voelt alsof hij niets meer te verliezen heeft.
VANDECASTEELE «Ik ben gelukkig Koen B niet geworden, maar het had wel gekund – als ik even obsessief zou zijn, als ik dezelfde aanleg voor radicalisering zou hebben.
»Dit is niet het eerste boek over de kwade, witte man. Maar hij wordt altijd weer voorgesteld als extremist. Terwijl Koen B geen extremist is, maar iemand die geen orde krijgt in zijn hoofd – en zo het ideale gebruiksvoorwerp wordt van een rechtse politieke partij. Koen B neemt in de strijd tegen terrorisme het heft in eigen handen, belandt in de gevangenis, en wordt vervolgens geadopteerd door een politieke partij die zich laat dirigeren door de schimmige wetten van het internet: ‘Verlos ons van het kwaad’ zal vast gelabeld worden als voorspellende fictie. Maar zelf beschouw ik het boek als non-fictie: dit ís allemaal al aan het gebeuren. Kijk naar idolen van alt-right als Steve Bannon, Alex Jones en Nick Fuentes, kijk naar Proud Boys, Génération Identitaire en Schild & Vrienden: het bestaat, en het wordt alleen maar groter.
»Bovendien organiseren de extremisten zich steeds beter. Na Al Qaeda kwam IS, na George W. Bush kwam Donald Trump, na Vlaams Belang kwam Schild & Vrienden. Ze leren van elkaar, want ze kennen het internet. En ze zijn zo ongelooflijk kundig. Rechts is er intussen in geslaagd om zich het patent op rebellie toe te eigenen. Om te laten uitschijnen dat zij de grote verdedigers van vrouwen- en holebirechten zijn. Zelfs humor hebben ze gekaapt: rechts doet zich nu voor als de veilige thuis voor alles wat choquerend of schofferend is. En als de tegenreactie van links niets meer is dan ‘Awoert, dat mogen jullie niet doen!’ dan zal rechts die rebellie kunnen blijven claimen. Dat is wat ik wilde doen in ‘Verlos ons van het kwaad’: het logische gevolg beschrijven van wat nu aan het gebeuren is.»
HUMO Het grote struikelblok voor rechts is telkens weer ego, schrijf je. Leg eens uit.
VANDECASTEELE «Van chirurgen, metselaars en winkelbedienden verwachten we niet wat we wél verwachten van politici: dat ze op ons lijken. Een goeie populist is iemand die dát gevoel nooit verliest. Maar daar gaat het telkens weer mis. Kijk naar Thierry Baudet in Nederland: een rijzende ster, niemand leek ’m tegen te kunnen houden, tot hij zélf in die cultus begon te geloven. Nu kraamt hij alleen nog ijdele wartaal uit. Zodra je ego het overneemt, verlies je je aantrekkingskracht. Als ze bij rechts ooit iemand vinden die geen last heeft van een ego, iemand die als een lichtend voorbeeld kan dienen… Misschien gebeurt het wel in de Verenigde Staten, misschien staat daar na Trump een rechtse figuur op die wél een minimum aan empathie heeft.»
HUMO Maar zelfs Trump, met dat potsierlijke narcisme, is nog steeds erg populair.
VANDECASTEELE «Da’s waar. Maar hier in Europa zou hij het niet redden. In de Verenigde Staten heeft de American dream een groot gewicht – dat rijkdom slechts een vingerknip van je verwijderd is, is er een heel aanwezige gedachte. In Europa zit de rebellie eerder in een gevoel van miskenning: ‘Ik word niet gehoord, niet gezien en niet serieus genomen.’ En rechtse partijen bespelen dat meesterlijk.»
HUMO ‘Er is niets mis met jou’ is de beste campagneboodschap van een politicus aan zijn of haar potentiële kiezer, schrijf je. Dat zou kunnen verklaren waarom partijen die inzetten op woke en ecologische thema’s het zo moeilijk hebben. Zij zeggen: ‘Er is wel iets mis met jou, beste burger. Je moet veranderen.’
VANDECASTEELE «Voilà. En rechts roept: ‘Je doet het prima, Jeroen. Ga vooral zo verder, en wij zullen je ondertussen wel beschermen tegen de boze wereld.’ Niet alleen rechts, trouwens: de PVDA doet precies hetzelfde. ‘Jij bent oké. Het zijn de multinationals die schuld treffen, de werkgevers, de miljonairs.’
»Het afserveren van de wokebeweging past perfect in dat plaatje. Er is een cultuuroorlog aan de gang. Dat is geen overtrokken term: het is niet gewoon een debatje, het is een óórlog. Het gaat over ons bestaan, over een manier van leven die bedreigd wordt. Dat is heel vruchtbare grond voor rechts.»
HUMO Waar situeer jij je in de hele discussie?
VANDECASTEELE «Er wordt de wokebeweging hysterie aangewreven, en ik begrijp waarom. Ik geef ook nog les, en als ik dan van studenten te horen krijg dat ik het niet over David Mamet (Amerikaanse scenarist en regisseur, red.) mag hebben omdat hij een hetero-normatieve witte man is, dan vind ik dat pathetisch.
»Maar je moet wel eerlijk blijven kijken: die hysterie is aan het verdwijnen, en wat overblijft is een behoorlijk consistente oproep tot empathie. We zijn bijna op het punt dat we er gewoon over kunnen praten. En toch zal het allemaal moeilijk blijven liggen, zeker voor politieke partijen die dat gedachtegoed durven te omarmen. Je spreekt mensen immers aan op hun woorden en hun gedrag – en vaak gaat het dan niet over een terloopse gewoonte, maar over een primair instinct.»
HUMO Maar je begrijpt de schreeuw van woke dus?
VANDECASTEELE «Natuurlijk. Draai het eens om. Stel dat witte mannen nog niet aan de beurt waren geweest, dan zou ik ook elke dag roepen dat het deze keer aan mij is. Het gaat over territorium opeisen. Wie tot een minderheid behoort die voorheen over het hoofd werd gezien, denkt: nu is het aan mij.
»Ik zie mezelf als onderdeel van de generatie waar jonge mensen zich tegen afzetten. Zoals ik mezelf als jonge gast ook afzette tegen de generatie voor mij. Toen ik theater studeerde, kreeg ik les van fantastische mensen als Damiaan De Schrijver, Josse De Pauw en Anne Teresa De Keersmaeker. Maar ik dacht: tegen jullie moet ik schoppen. En nu zit ik hun positie. Nu moet er tegen mijn been gepist worden.»
HUMO Maar zo maak je er een spel van. Terwijl woke zich toch iets fundamenteels afvraagt: hoe gaan we om met wie niet tot de dominante groep behoort?
VANDECASTEELE «Die strijd is fucking legitiem – dat zei ik toch al? Maar ik zou me een klein beetje hypocriet voelen als ik zelf met de vlag voorop zou lopen, als ik ostentatief zou zeggen: ‘Ik sta aan jullie kant, jongelui!’ Dat heeft die beweging net níét nodig. Wel: goeie vijanden. Ik ben de vorige generatie, en dus word ik verafschuwd door de huidige – en zo hoort dat. Ik loop ook mee in de klimaatbetogingen, hoor, ik vind ook dat de wokebeweging gelijk heeft – ook al irriteert het me dat ze zo vaak loopt te vlassen op details. Maar ik pronk daar niet mee, ik schreeuw dat niet luid uit, want dat zou zielig zijn en het verkeerde effect hebben. (Denkt na) Ach, ik ben gewoon graag de vijand. De vogelverschrikker – heb ik er niet de ideale kop voor? Omdat ik, en ook dat zal wel privilege zijn, ertegen kan.
»Bereikt ze iets, de wokebeweging? Dat is eigenlijk de wezenlijke vraag. En als ik naar mezelf kijk, dan is het antwoord ja. Want ik heb mijn gedrag aangepast. Ik weet nu dat ik vroeger heel domme dingen heb gezegd, en ik weet nu dat ik vrouwen vroeger ploertig heb behandeld. Zij roepen, ik leer uit wat ze roepen: dat is toch prachtig?»
HUMO Als het gaat over de verhouding tussen mannen en vrouwen, was je je tijd nét een beetje vooruit: ‘Vel’, je roman die over dat onderwerp ging, verscheen in 2013, nog voor #MeToo losbarstte.
VANDECASTEELE (gespeeld wanhopig) «Dat is mijn droeve lot: ik heb de dingen altijd net iets te vroeg gezien. Maar ernstig: ik ben gewoon aan het opletten. Dat vind ik het voorrecht van de schrijver, én zijn taak. Als ik mezelf serieus wil nemen in het maatschappelijk debat, dan moet ik voorbereid zijn. Dan moet ik m’n intelligentie oefenen, kritisch blijven, met een zaklampje de donkere tunnel bijlichten. Gewoon even opletten: ik kan het iedereen aanraden.»
Joost Vandecasteele, ‘Verlos ons van het kwaad’, Borgerhoff & LamberigtsBeeld web
Beverly Bultron
[…]below youll locate the link to some internet sites that we assume you should visit[…]