Average Rob (28): ‘Op een bepaald moment heb ik de klik gemaakt: stop met de klootzak uit te hangen’
✦InterviewDe vragen van Proust
Schrijver Marcel Proust beantwoordde ze ooit in een vriendenboekje, nu geeft De Morgen er een eigenzinnige draai aan. Zeventwintig directe vragen, evenveel openhartige antwoorden. Vandaag: Robert Van Impe aka Instagram-ster Average Rob (28). Wie is hij in het diepst van zijn gedachten?
Luister hier naar De vragen van Proust met Average Rob:
Hoe oud voelt u zich?
“Ik ben 28 maar ik voel mij veel jonger, begin twintig of zo, de leeftijd van mijn doelgroep. Ik heb nog altijd het idee dat ik mijn ding kan doen en veel fouten kan maken. Ik heb nog altijd een jongerenmentaliteit.
“Ik vind mezelf niet volwassen, ook al weet ik niet wat de definitie is van volwassen zijn. Voor mij betekent het: klaar zijn om een gezin te starten, alles op een rijtje hebben, gestructureerd door het leven gaan, weten waarmee je bezig bent en weten waar je naartoe wilt. Eigenlijk al richting end goal. Dat klinkt niet opbeurend, neen. Ik wil eigenlijk nooit volwassen worden omdat het voor mij impliceert dat je geen plezier meer mag maken.
“Ik hou meer van de fase die aan volwassenheid voorafgaat. Waarin je van alles kunt uitproberen en op je bek gaan en waar je veel uit kunt leren. Ik hoop dat ik zo lang mogelijk in die fase zal zitten. Mensen die erin slagen om nooit volwassen te worden, zijn heel gelukkig denk ik.”
Wat vindt u een kenmerkende eigenschap van uzelf?
“Ik ben heel impulsief. Bijvoorbeeld: op het Autosalon vorig jaar heb ik een motorfiets gekocht, want dan kreeg je 600 euro korting. Ah, cool, een moto, weet je wel. In totaal heb ik er 100 kilometer mee gereden. Ik heb hem drie keer gebruikt. Zo doe ik wel vaker van die nutteloze aankopen.
BIO
* echte naam: Robert Van Impe * komt uit Overijse, geboren op 27 februari 1992 * fotoshopt zich tussen showbizz- en andere sterren * Instagram-account @averagerob heeft 336.000 volgers, shittyrob 76.000 * studeerde in Leuven * behaalde een master Advertising & Marketing aan Coventry University * maakt filmpjes voor Humo, onder meer op festivals * actief als mc / dj met Omdat Het Kan Soundsystem (met Jasper Donkers) * draait muziek op StuBru in Boitlyfe, elke maandag om 18 uur
“Ook in gesprekken kan ik impulsief reageren. Vaak zeg ik dingen die in mijn hoofd opspringen maar waar ik achteraf spijt van heb. Soms wil ik veel te hard mijn mening doordrammen. Ik zie discussies te vaak als een strijd. Ik wil winnen. Tenzij iemand echt kan aantonen dat ik fout zit. Dan denk ik: oké, je hebt gelijk, ik ben een arrogante discussieerder. (lacht)
“Als tiener al had ik een heel grote mond. Ik ging altijd in discussie met leerkrachten. Ik had een mening en wilde ze laten horen. Op een bepaald moment heb ik wel de klik gemaakt: stop nu toch met de klootzak uit te hangen. (lacht) Want eigenlijk wilde ik geen mensen kwetsen. Ik begon in te zien dat ik mensen pijn deed met mijn woorden, ook al bedoelde ik het niet agressief.”
Wat is uw passie?
“Mensen doen lachen. Dat is de rode draad in mijn leven. Vanaf mijn geboorte al.
“En op welke manier maakt niet uit. Op de lagere school was ik al de funny guy, de klasclown. Ik compenseerde mijn kleine gestalte met mijn mond. Tot grote ergernis van de leerkrachten, natuurlijk. Het was zelfs zo erg dat de klastitularis op een oudercontact ooit tegen mijn moeder zei: ‘Mevrouw, zou het geen goed idee zijn om Robert’, want dat is mijn echte naam, ‘naar een circusschool te sturen?’ Mijn mama dacht eerst: haha, goeie mop. Maar zij meende dat! (met uitgestreken gezicht) ‘Uw zoon hoort thuis in het circus, mevrouw!’ Mijn moeder was helemaal in shock! Ze greep me bij de hand en zei: ‘Robert, on y va!’ Dat is me altijd bijgebleven.
“Had ik naar mijn klastitularis geluisterd, zat ik intussen misschien bij Cirque du Soleil. Terwijl ik nu een moderne clown geworden ben op sociale media. (lacht)
“Maar toen kwam het niet over als een compliment. Het was meer van: stuur hem maar naar de circusschool, want hij kan niets anders. Ik vind dat nog altijd grappig want uiteindelijk heb ik toch een master behaald. Ik zou nu weleens haar kop willen zien en zeggen: kijk, ik ben toch niet zo dom als je dacht.”
Hoe was de band met uw ouders?
“Toen ik twaalf was, zijn mijn ouders gescheiden. Dat was wel even wennen. Ik denk dat dat mijn ergste periode was. Veel te actief, gefrustreerd door de situatie thuis. Maar die scheiding heeft me wel doen inzien dat ik voor mezelf moest zorgen en zelf mijn zaakjes moest zien te regelen. Ik ben daardoor heel zelfstandig geworden. Mijn ouders waren er wel voor mij, ik kreeg eten en liefde, maar toch had ik het gevoel dat ik mijn plan moest trekken. Ik ben altijd vrij op mezelf geweest. Ik zie mijn ouders graag maar ik heb nooit behoefte gehad aan hun aandacht.”
Is het leven voor u een cadeau?
“Ja, sowieso. Als je kijkt naar alle miserie in de wereld, dan hebben wij het niet al te slecht in dit luxueuze westerse landje. Ook heb ik van mijn passie mijn job kunnen maken. Ik sta elke ochtend op met de gedachte dat ik kan doen wat ik graag doe. Als dat geen cadeau is. En ik ben natuurlijk heel dankbaar dat Humo mij onder zijn vleugels heeft genomen en mij de kans heeft gegeven om mezelf te ontplooien. Ik mag nu naar alle festivals en word er nog voor betaald ook.” (lacht)
Welke geluksscore geeft u zichzelf?
“Soms een acht. Soms een vier. Dat wisselt snel. Mijn mama zei vroeger vaak dat ik een heel gevoelige jongen was. Als je veertien bent en je denkt zelf dat je een coole jongen bent, dan is dat iets wat je niet wilt horen. Ik begreep dat niet en werd boos. Maar hoe ouder ik werd, hoe meer ik besefte wat ze bedoelde. Ik ben heel erg vatbaar voor andermans gemoed. Als iemand ongelukkig is, word ik ook ongelukkig. Als iemand blij is, word ik ook blij. Ik ben een emotionele spons.” (lacht)
Welke kleine gebeurtenis kan u blij maken?
“Mijn vriendin. Ze is één meter 58. (lacht)
“En eten. Middageten, vieruurtje, avondeten, midnight snack.”
Waar hebt u spijt van?
“Dat ik niet hard genoeg heb gewerkt op momenten dat ik harder moest doorzetten. Ik heb veel tijd verspild met gamen. Ik had al verder kunnen staan.”
Wat is uw zwakte?
“Ik ben nooit tevreden met mezelf. Ik heb nooit het gevoel dat ik het punt heb bereikt dat ik wil bereiken, dat verschuift altijd. Ik heb permanent de indruk dat ik niet goed genoeg bezig ben. Vandaar ook mijn wisselend humeur.”
Wat is uw grootste angst?
“Eenzaam te sterven. Ik denk dat dat wel pijnlijk moet zijn. Ik heb dat gemerkt op de begrafenis van mijn grootvader. In zijn leven heeft hij niet veel goeds gedaan, waardoor hij heel eenzaam gestorven is. Er was zo weinig liefde op die begrafenis, de sfeer was zo vreemd. Toen dacht ik: damn, stel je voor dat niemand droevig is wanneer ik sterf.”
Hoe hebt u uw eerste liefde ervaren?
“Ik ben al verliefd op mijn vriendin sinds mijn dertiende. Ze is mijn middelbareschoolcrush, maar zij wilde mij niet. Hoe hard ik ook probeerde, het lukte maar niet. Telkens als ik een liefje had, meende ik wel wat jaloezie van haar kant te voelen, maar als ik dan weer achter haar aan liep deed ze alsof ze niet geïnteresseerd was. Het was echt een spelletje van aantrekken en afstoten.
“Tot ze afgestudeerd was en mij is komen opzoeken op surfkamp. Op een avond zijn we samen naar de sterren gaan kijken en hadden we voor het eerst een intiem momentje. Pas twee maanden later was het in de sacoche. (lacht) Dat was de schoonste dag van mijn leven.”
Hoe definieert u liefde?
“Liefde in een relatie is voor mij de combinatie van oneindige seksuele drang en vriendschappelijke aantrekkingskracht.
“Ook al besef ik dat de mens van nature niet monogaam is. Het zou fijn zijn mocht ik mijn hele leven samen kunnen zijn met mijn vriendin en mochten we elkaar zo lang kunnen verdragen, maar ik denk dat dat heel moeilijk is. Ik ben daar heel realistisch in. Ik ben een kind van gescheiden ouders, mijn vertrouwen in de liefde is al geschaad. Als mensen mij vragen of ik wil trouwen zeg ik altijd: ‘Nee, dank u. Een koppel zijn is al genoeg.’” (lacht)
Hoe zou u willen sterven?
“Met veel mensen om mij heen. Ik hoop dat ik in mijn leven veel mensen aan het lachen heb gebracht en dat zij vooral goede herinneringen hebben aan mij. Ik hoop dat er wel een soort van droefheid heerst, maar ook veel vreugde.
“Mijn laatste avondmaal? Vol-au-vent. Sowieso. Ik kan vol-au-vent eten met alles. (lacht) Met frieten, met kroketten, met pasta. Ik gebruik het als ketchup. Het ziet er niet uit, maar het is zo lekker.” (lacht)
Wat zou u ooit nog graag willen doen?
“Acteren. Dat doe ik echt heel graag. Met Humo maken we veel sketches, daar haal ik eigenlijk de meeste voldoening uit.
“Ik besef ook dat ik niet kan blijven surfen op een soort hype. Ik weet dat er een einddatum zit op wat ik doe op sociale media en dat ik een groter publiek moet opbouwen. Acteren kan denk ik wel de juiste volgende stap zijn in mijn carrière. Ik denk dat ik het wel in mij heb om verschillende rollen te vertolken, niet enkel komische maar ook duistere. Het is altijd mijn ambitie geweest om meer te zijn dan een clown. Ik wil niet in een vakje geplaatst worden.”
Bent u ooit door het lint gegaan?
“Niet zo lang geleden, tijdens een terugrit van een boeking midden in de nacht. Ik reed met de auto van mijn vriendin. Mijn kompaan was ingedommeld, straalbezopen. Ik dacht: ik stop even om een proteïnereep te halen. Toen ik terugkwam zat hij daar, met zijn handen vol kots. Ik ben gaan roepen: ‘What the fuck, kom eruit! Eruit!’ En hij lallend: ‘Ik kan er niet uit.’ Ik had blijkbaar de auto op slot gedaan.
“Ik probeerde hem uit die auto te krijgen, maar hij begon de boel op te kuisen. Met zijn kotshanden. En maar wrijven over die stoffen zeteltjes. En ik maar tieren: ‘Gij vuile gast, eruit!’ En hij maar wrijven. (lacht)
“Ik was vooral zo boos omdat ik mijn vriendin ’s ochtends moest ophalen op de luchthaven. Hoe moest ik dat uitleggen? Die auto stonk uren in de wind. Ik heb mijn vriend thuis gedropt, ben met emmers water die zetels gaan schrobben, daarna nog snel naar de carwash gereden, maar die geur ging er maar niet uit. Ik had dus een klein probleempje.” (lacht)
Wanneer hebt u het laatst gehuild?
“Bij een serie op Netflix, When They See Us, over de Central Park Five, vijf Afro-Amerikaanse tieners die ten onrechte beschuldigd worden van verkrachting en poging tot moord op een blanke vrouw. Omdat de politie de dader niet vindt dwingt ze die jonge gastjes tot valse bekentenissen, met de belofte dat ze dan naar huis mogen. Omdat ze zo jong zijn, zijn ze zo makkelijk manipuleerbaar. Hun getuigenissen worden tegen hen gebruikt en ze worden veroordeeld. Vier van hen belanden in een gesloten jeugdinstelling, de vijfde wordt overgebracht naar een gevangenis omdat hij zestien is. De vierde aflevering gaat over hem. Over de twaalf verschrikkelijke jaren dat hij heeft vastgezeten en kapotgemaakt is door medegevangenen. Want als je gevangen zit voor rape, dan maken ze je gewoon af.
“In de laatste aflevering zie je dan een paneldiscussie met de echte Central Park Five, terwijl de acteurs in de zaal zitten te wenen. Toen heb ik ook moeten wenen, omdat je voelt hoe vreselijk onrechtvaardig dat was.”
Welk boek zou u aanraden?
“The Ultimate Survival Guide to Being a Girl. In het Nederlands: Sommige meisjes houden niet van roze (over liefde, vriendschap, zelfbeeld, school en andere dingen in het leven, uitgegeven bij Van Halewyck, red.) van Chrostin (Vlaamse cartooniste die vooral in de VS furore maakt, red.), een goede vriendin van mij die heel hard werkt en heel goed is in wat ze doet.”
Hebt u ooit een religieuze ervaring gehad?
“Neen. Ik ben niet religieus. Ik geloof niet in God of Jezus of whatever. Ik vind dat bullshit.
“Als rappers Jezus bedanken in hun speech denk ik altijd: allee gast, je hebt een team van dertig man dat je album heeft gemaakt, dat dag en nacht heeft gewerkt om van je product een topproduct te maken en dan sta je hier te zeggen: ‘First of all, I want to thank Jezus.’ Wat een disrespect naar je entourage toe! Dat ergert mij. Mocht God bestaan, er zou niet zoveel haat en onrecht zijn in de wereld.
“Maar mocht er ergens een pisgod zijn, dié zou ik willen bedanken. Ik heb in mijn bed geplast tot mijn elfde of zo. Omdat ik een superkleine blaas had, ik kon mijn plas gewoon niet ophouden. ’s Avonds ging ik slapen en ’s ochtends werd ik nat wakker. Dus telkens als ik een wens mocht doen, dacht ik: please, laat mij stoppen met pissen in mijn bed! Want mijn ouders hadden mij beloofd: als je stopt met bedplassen gaan we naar Disneyland Parijs. Op een bepaald moment is mijn wens in vervulling gegaan. Of misschien was het gewoon volwassen worden?” (lacht)
Hoe voelt u zich in uw lichaam?
“Ik ben eigenlijk altijd heel oké met mijn lichaam geweest. Ik heb vroeger veel geturnd en gesurft en geskatet en gesnowboard. Ik ben klein, maar ik kan mijn mannetje wel staan.
“Of ik veel oneerbare voorstellen krijg? Nee, ik denk dat ik daarvoor niet sexy genoeg ben. Bekende vrienden van mij krijgen allerlei naaktfoto’s doorgestuurd. Ik krijg dat nooit.
“Ik ben zo’n beetje de gay best friend, de grappige vriend. Jacques Vermeire heeft gelijk: als komiek zit je niet in een sexy positie. Misschien omdat je ook onaantrekkelijke kanten van jezelf blootgeeft in sketches. Ik ben niet beschaamd om een boer te spelen. Als je moet kiezen tussen Matthias Schoenaerts, één meter negentig, supergespierd, mooie haarlijn, symmetrisch gezicht, en de dwerg Average Rob, dan weet je het wel.” (lacht)
Wat vindt u erotisch?
“Ik vind veel dingen erotisch. Ik heb een heel hoog libido. Dus alles ja: konten, borsten, krullend haar. Alles van de vrouw. Ik ben heel erg fan van de vrouw.”
Wat is uw goorste fantasie?
“Geen plas- en kak-, maar vol-au-ventseks. (lacht) Of zwemmen in een zwembad gevuld met vol-au-vent. Zwemmen en eten tegelijk. Dat moet goor zijn, maar op een manier ook zalig.”
U belandt in de gevangenis, wat zou de reden kunnen zijn?
“Ik denk gewoon ‘wrong place, wrong time’. Ik ben niet iemand die snel in de problemen raakt en als ik in de problemen raak, kan ik me er gemakkelijk uitlullen.”
Bent u een goede vriend?
“Ik hoop van wel. Ik heb heel veel over voor mijn vrienden. Als iemand zijn laatste trein mist en hij belt mij, zal ik hem gaan halen, waar hij ook zit. Als iemand financiële problemen heeft, zal ik hem geld lenen. Mijn vrienden zijn echt wel bijna familie. Ik kan zelf ook bij hen terecht met al mijn issues. Mocht ik iemand vermoord hebben, ik weet zeker dat ik hen om raad zou kunnen vragen, ook al betekent dat dat ik me zou moeten aangeven bij de politie.”
Waarover bent u de laatste tijd anders gaan nadenken?
“Over mentale gezondheid. Als mensen vroeger zeiden: ik heb een burn-out of depressie, drong dat niet echt tot mij door. Ik besefte de ernst er niet van. Nu ik merk dat velen daarmee worstelen, begin ik mezelf ook vragen te stellen over mijn eigen mentale gezondheid.
“Ik denk dat ik weleens behoefte heb aan een therapeut. Gewoon om de dingen eens op een rijtje te zetten en uit te vissen welke richting ik uit moet.”
Is de mensheid op de goede of de slechte weg?
“Ik denk de goede. Er is veel meer bewustzijn dan vroeger, mensen zijn socialer. Er is meer communicatie, je kunt gewoon niet meer naast de problemen kijken. Je beseft ook welke impact je zelf kunt hebben door kleine dingen aan je gedrag te veranderen.
“Natuurlijk zullen er altijd klootzakken zijn die haat en negativiteit verspreiden. Maar het is niet omdat zij zo luid zijn, dat al het goede niet meer bestaat.”
Welke gebeurtenis uit uw leven zou een goed filmscenario opleveren?
“Geen idee. Geen, denk ik.”
Wat is de titel van uw biografie?
“Ik ben nu 28 en heb het gevoel dat ik nog maar aan de inleiding zit. Introductie tot het leven van een dwergclown.” (lacht)