“Ze zeggen toch altijd: het leven is met vallen en opstaan, hé” | Topics.be

Gepubliceerd op Auteur: koenarchief


“Ze zeggen toch altijd: het leven is met vallen en opstaan, hé”

TWEE JAAR NA DRAMATISCHE VAL RIJDT STIG BROECKX WEER MET DE FIETS

4 min

Sportmannen zijn een ras apart. Een leven als plant leek voor wielrenner Stig Broeckx (28) het hoogst haalbare, na zijn dramatisch ongeval twee jaar geleden in de Ronde van België. Niet met mij, zo dacht Stig. En intussen fietst hij weer tochtjes. “Ik voel me gelukkig.”

De veertig kilometer die Stig Broeckx afgelopen weekend op zijn mountainbike in het herfstzonnetje langs zijn vader Peter trapte, voelen voor de Lotto-renner aan als niet minder dan een revanche op het noodlot. Heel behoedzaam probeert hij onder woorden te brengen wat voor een tour de force het voor hem is om van Dessel naar Lommel en weer terug te fietsen. “Héél moeilijk”, zegt Stig. “Mijn linkerbeen wil altijd naar binnen draaien en dus moet ik heel veel moeite doen om rechtdoor te fietsen. Zelf stoppen met de fiets kan ik nog niet. En sturen is ook lastig.”


Eén grote waas


Papa Peter legt uit dat het voor Stig ongelofelijk lastig is om zijn evenwicht te bewaren op twee wielen omdat de communicatie in zijn lichaam veel trager verloopt dan normaal. Om zijn focus te bewaren, moet hij zijn concentratievermogen tot het uiterste pushen. “Wij kunnen dat nauwelijks vatten hoe moeilijk het voor hem is. Maar hij blijft ons en de dokters maar verbazen. Hij heeft vijf maanden in coma gelegen en het jaar dat daarop volgde, was ook nog één grote waas. Bewegen, eten, spreken: alles heeft hij opnieuw geleerd. En dus ook fietsen. Met zo’n traptoestelletje aan z’n voeten is hij begonnen, daarna op de hometrainer, dan met een ligfiets en vervolgens met een driewieler.”

Sinds een half jaar rijdt de Lotto-renner op een oude omafiets. “Hier op het erf van onze boerderij is hij daar op een dag mee begonnen”, vertelt papa Peter. “Mijn vrouw en ik waren doodsbenauwd dat hij opnieuw zou vallen. En hij heeft veel tegen de grond gelegen. En telkens wanneer hij lelijk viel, stond mijn hart even stil en liep ik naar hem toe. ‘Het is nikske, pa’, zei hij dan en sprong weer op het zadel.” Stig Broeckx is namelijk niet van het type dat aanvaardt wat hem niet aanstaat. “Ze zeggen toch altijd dat het leven met vallen en opstaan is, hé”, lacht hij. “Vallen heb ik al veel gedaan en ik blijf dan lachen. Nu ik met de mountainbike kan rijden, wil ik weer een volgende stap: mijn koersfiets.”


Niet zoals in de film


Geen mens die Stig Broeckx nog onderschat, maar of dat zal lukken, is niet zeker. In het echte verkeer kan Stig volgens zijn vader niet uit de voeten. Voor de buitenwereld lijkt het nu alsof zijn zoon een spectaculaire vooruitgang doormaakte. “Zo is het niet”, zegt Peter. “Voor hem en voor ons gaat alles héél geleidelijk. Niet zoals in een film, waarop het in een vingerknip weer in orde komt. Maar hoe die jongen zich elke dag in de revalidatiekliniek in Overpelt weer afpeigert, dat is ongelofelijk. Dokters zeggen ons dat ze zo’n gedrevenheid zelden meemaken. Wij wisten al dat onze Stig één brok karakter is, anders kan je geen universitaire studies met topsport combineren. In jeugdkoersen was hij trouwens geen hoogvlieger: hij is prof geworden door zijn inzet. Als kind was hij al ‘mister smiley’ en dat is hij nu nog steeds. Onze zoon moed inspreken, hebben wij nog nooit moeten doen. Het is eerder andersom. Stig vliegt door een muur als we hem niet afremmen. Die fietstocht van afgelopen weekend is daar een mooi voorbeeld van. Ik was blij dat we op de uitkijkpost van Dessel geklommen waren en toen zei hij: ‘Kom, we rijden naar die van Lommel.’ Maar ik sputterde tegen want dat is veertig kilometer heen en terug. Maar hij was al weg. Samen op die toren staan, was heel emotioneel voor mij. Het had allemaal heel anders kunnen lopen. Twee jaar geleden hebben de dokters ons gevraagd om over heel andere zaken na te denken dan nog fietsen – daar hoef ik geen tekening bij te maken.”


Schaamte overwonnen


Als Stig hoort dat hij zijn vader soms de stuipen op het lijf jaagt, moet hij lachen. “Ja, dat doet allemaal veel pijn. Maar pijn is fijn voor mij. Kalm aan doen, vind ik maar niks. Het leven is te kort om stil te staan. Ik wil vooruit. Nu wil ik vooral zorgen dat ik weer veel beter kan praten. Dat lukt nog niet goed en dat moet veel beter.”

Dat komt omdat Stig al z’n spieren weer moet leren gebruiken: ook de tong, de stembanden, het gelaat. Volgens zijn geliefden heeft Stig nog niet zo lang geleden pas zijn schaamte overwonnen om weer in het openbaar te spreken. “Gelukkig heb ik mijn smartphone om te ‘spreken’. Berichten sturen kan ik heel snel”, zo haalt hij aan. “Zeker naar mijn ploegmaats bij Lotto en vrienden in het peloton. Ik kijk zeker nog naar de koers. De coureurs zijn mij niet vergeten en dat doet deugd. Vorige week was André Greipel nog bij mij tijdens de revalidatie. Een topkerel.” Wat de toekomst nog in petto heeft, daar kan niemand een zinnig woord over zeggen. “Hoe fantastisch onze zoon het nu doet, dat hadden wij op de bange dagen nooit durven te hopen”, zegt vader Broeckx. “Hij verbetert zich elke dag. Er zijn periodes geweest dat hij na tien minuten alweer was vergeten waar een gesprek over ging, maar ook dat gaat nu merkbaar beter. We zien wel: wij spreken niet meer in termen van niveau.”

Ook Stig zelf weet goed vanwaar hij komt. “Nu kan ik zeggen: ik ben gelukkig. Ik krijg zoveel steun van mijn familie en vriendin. Ik kijk niet naar wat ik niét kan, maar ik kijk achterom. Als ik zie hoeveel vooruitgang ik al heb gemaakt, dan voel ik me vandaag heel goed.”


Sportcoach Paul Van Den Bosch



“Zo’n mentaliteit heb je of heb je niet”


“Het verhaal van Stig is opzienbarend, want hij komt van heel ver”, zegt sportcoach Paul Van Den Bosch, die hem naast de dagelijkse revalidatie in de kliniek van Overpelt op wekelijkse basis mee begeleidt. “Dat komt toch deels omdat hij al het lichaam van een topsporter had en in zijn hoofd ook altijd een topsporter is gebleven. Als we Stig zeggen om een bepaalde oefening tien keer te doen, dan doet hij ze vijftien keer – hoe lastig ook. Maar je kan geen lichamen vergelijken en de boodschap voor andere slachtoffers kan niet zijn: ‘Kijk naar Stig, als je maar wil, dan kan je het.’ Die mentaliteit van topsporter heb je of heb je niet. Daarnaast is elk letsel verschillend en zijn er honderd-en-één factoren waarom iemand iets opnieuw kan of iets niet meer kan.” (SSB)

  • Stig Broeckx trapte afgelopen weekend 40 km in het herfstzonnetje langs zijn vader. "Ik sputterde tegen, want dat was toch wat ver", zegt papa Peter. "Maar voor ik het wist, was hij weg."
  • Broeckx heeft ook veel steun aan zijn vriendin. "Ik voel me gelukkig."
Print
Cadeautje

Verras je familie of vrienden met hun eigen persoonlijke nieuwssite, gebaseerd op een selectie van hun favoriete onderwerpen.