Dossier klotejobs (1): stress, geweld en wanhoop op het werk: ‘Ze stortte zich op mij, sloeg me met haar vuisten en krabde me over mijn hele lichaam’
De regering heeft al een lijst klaar van beroepen in de openbare sector die van een voordelige pensioenregeling zullen kunnen genieten, maar voor de private sector ziet het er minder florissant uit, ook al doet men er soms krek hetzelfde werk. Maar: wat zegt de wetenschap eigenlijk over zware beroepen? Wie heeft het het ergst te verduren? Deze week deel 1 van ons dossier klotejobs: operatoren in contactcenters, psychiatrisch verpleegkundigen en vrachtwagenchauffeurs.
‘Ik werk tussen 60 en 65 uur per week. En dan vragen ze soms of ik op zaterdag ook wil komen. Dat is moeilijk vol te houden’
Operatoren in contactcenters ‘Zucht naar winst’
‘Het pispaalberoep bij uitstek,’ schreef Vacature onlangs over operatoren in contactcenters en de job eindigt ook steevast bovenaan in lijstjes van beroepen met een hoge kans op burn-out en depressie. Volgens de Britse hr-specialist Chartered Institute of Personnel and Development ligt het verloop van personeelsleden ook nergens zo hoog als hier.
Sven Reggers (44) begon twintig jaar geleden in een Vlaams contactcenter als operator en werkte zich op tot de dienst human resources.
HUMO Wat doet een operator in een contactcenter precies?
Sven Reggers «Hij heeft twee taken: ofwel beantwoordt hij klachten of vragen, ofwel belt hij actief rond om een product te verkopen. Contactcenters worden ingehuurd door bedrijven of overheden om telefoons, e-mails, chats of berichten op sociale media te beantwoorden. Zestig procent van onze opdrachten komt van de Vlaamse overheid. Wie belt naar de helpdesk van Kind & Gezin of De Lijn komt niet bij een ambtenaar terecht, maar bij ons.»
HUMO Werken jullie ook voor privébedrijven?
Reggers «Wij hebben jarenlang gewerkt voor telecombedrijven zoals Proximus, Telenet of Mobistar maar dat doen we niet meer. Zulke bedrijven maken onze sector kapot. Eerst onderhandelen ze een interessant contract dat honderd operatoren aan het werk zet, maar na een jaar dreigen ze ermee op te stappen als we de prijs niet verlagen. Wij kunnen niet zomaar honderd mensen ontslaan, dus haalden die bedrijven meestal hun slag thuis.
»Werken voor zulke bedrijven is ook heel stresserend: de operatoren behandelen haast enkel problemen met facturen, abonnementen en leveringen. Die voortdurende stortvloed van klachten – die nogal eens uitmonden in beledigingen – veroorzaakt zoveel stress dat de gemiddelde operator na anderhalf jaar al opgebrand was. Op anderhalf jaar was al ons personeel gewisseld! Sinds we telecombedrijven weren, blijven operatoren gemiddeld 28 maanden. Een mens is niet gemaakt om de hele dag uitgescholden te worden.»
HUMO Mag een operator reageren op beledigingen?
Reggers «Absoluut niet. Een operator is gebonden aan een script dat de klant heeft opgesteld en daar mag hij niet van afwijken. Doet hij dat toch, dan riskeert hij een sanctie, en bij herhaling zelfs ontslag.»
HUMO Wie naar een help-desk belt, hoort vooraf de waarschuwing: ‘Om kwaliteitsredenen kan dit gesprek opgenomen worden.’ Wat wil dat eigenlijk zeggen?
Reggers «Dat heeft niet zozeer te maken met de beller, maar met de operator die je aan de lijn krijgt. Het bedrijf neemt gesprekken op om te controleren wat de operator vertelt. Men neemt ook alle handelingen op die de operator tijdens het gesprek uitvoert, om te controleren of die acties horen bij de antwoorden die hij geeft. Het is Big Brother op zijn best.»
HUMO Waarom doet een bedrijf dat? Wie controleert al die opnames?
Reggers «De teamcoaches die de operatoren begeleiden, beluisteren en quoteren de gesprekken. Af en toe komt de opdrachtgever langs om gesprekken te beluisteren. Op basis daarvan worden de prestaties van de operatoren besproken. Het gebeurt dat een klant een operator weg wil: zijn accent is te West-Vlaams, hij wijkt te veel af van het script of hij laat te veel verkoopkansen liggen. Die mensen worden op een ander project gezet of ontslagen, want de klant is koning. Er is veel concurrentie in onze branche. Als wij de voorwaarden van de klant niet aanvaarden, zijn er tal van andere contactcenters die dat wel zullen doen.»
‘Er zijn teamcoaches die ons volgens tot in het toilet om ons terug naar ons bureau te sturen’
HUMO Wat maakt de job van operator zo zwaar?
Reggers «Operatoren zitten acht uur lang in een grote, luidruchtige zaal op een stoel achter een klavier, met een koptelefoon op. Daar is niet iedereen voor gemaakt.
»Ook de combinatie werk en privé is verre van eenvoudig. Onze operatoren krijgen de werkplanning vier weken op voorhand, maar ik ken callcenters waar ze de planning pas een week op voorhand krijgen. Daar kun je helemaal géén vakantie plannen.
»Elke minuut is getimed. Een operator belt bijvoorbeeld van negen tot elf en krijgt dan een pauze van exact tien minuten. De lunch is van één tot half twee. Om vier uur is er nog een pauze van tien minuten. De pauzes zijn ook streng gelimiteerd. In sommige contactcenters gaan teamcoaches het toilet binnen om operatoren terug naar hun bureau te sturen.
»Vroeger betaalden klanten per uur of per dag, tot ze beseften dat operatoren maar 70 procent van de dag effectief telefoneren. Daarom werd de activiteitsgraad opgetrokken naar 80 procent, en op piekmomenten zelfs naar 97 procent. Het systeem is zo gemaakt dat elke telefoon onmiddellijk wordt gevolgd door een andere. Een operator kan tijdens het werk haast niet met een collega praten en heeft ook geen tijd om even op zijn gsm te kijken.»
HUMO Heeft een operator enige autonomie?
Reggers «Nee, hij mag niets zelf beslissen. Het ligt allemaal vast: hoeveel tijd hij moet besteden aan bellen, e-mails beantwoorden en chatten met klanten. Een operator heeft na een moeilijk telefoongesprek niet altijd zin om meteen opnieuw de telefoon op te nemen, hij zal sneller en makkelijker tot rust komen als hij eerst enkele mails kan beantwoorden. Maar zoveel individuele vrijheid kan het systeem niet aan.
»De dataverwerking moet ook tijdens het gesprek gebeuren. Na elk gesprek heeft een operator een vijftiental seconden de tijd om de gegevens van die oproep te verwerken, daarna volgt een nieuwe beller. Je kunt wel manueel ingeven dat je meer tijd wilt, maar dat verhoogt de druk alleen maar. Wie te veel extra tijd nodig heeft, kan een sanctie verwachten.»
HUMO Kun je een carrière uitbouwen in een contactcenter?
Reggers «Operatoren krijgen geen vaste contracten meer, enkel nog tijdelijke banen van drie of zes maanden. Pas na twee jaar onzekere contracten heb je mogelijk uitzicht op een vast contract. De zucht naar winst is in deze sector niet normaal.»
HUMO Dat doet vermoeden dat de lonen geen vetpotten zijn.
Reggers «Die zijn van de laagste in het land. Bij ons begint een voltijdse werknemer aan 1.700 euro bruto per maand, dan hou je netto iets meer over dan het bestaansminimum. Voor dat loon verwacht het bedrijf mondige, schrijfvaardige en liefst tweetalige werknemers.»
HUMO Je zegt dat operatoren op korte tijd opbranden. Waaraan merk je dat?
Reggers «Mensen die eerst rustig waren, beginnen luider te praten of te snauwen. Dan weet je: die zit op zijn tandvlees, die trekt het niet lang meer. Een goede teamcoach neemt die persoon even apart en raadt hem aan om een luchtje te scheppen. In contactcenters onder Brits of Amerikaans management gaat het er anders aan toe. Amerikanen geloven niet in sociaal overleg of uitkeringen. Ze verwachten van operatoren dat ze altijd beleefd blijven, ook al worden ze uitgescholden, of krijgen ze homofobe of racistische opmerkingen toegeslingerd. Als een operator daarop reageert, riskeert hij ontslag.»
HUMO Hebben contactcenters te kampen met een hoog ziekteverzuim?
Reggers «Ons bedrijf telt 7 procent langdurig zieken, werknemers die vaak al jaren thuis zijn. Vijftien procent van onze werknemers werkt deeltijds om medische redenen.
»Werkgevers zullen natuurlijk ontkennen dat moeilijke werkomstandigheden aan de basis van die problemen liggen. Zij wijten die ziektes aan persoonlijke problemen.»
HUMO Zijn operatoren ondanks alles trots op hun werk?
Reggers «Best wel, ja. Bij sollicitaties zeggen kandidaten vaak dat ze mensen willen helpen. Werken voor een klant als De Lijn kan ook voldoening geven, hoor. Als een mama belt dat haar kindje een schooltas op de bus is vergeten, dan doen we er alles aan om die tas terug te bezorgen. Het geeft een fijn gevoel als dat dan ook lukt.»
Psychiatrisch verpleegkundigen ‘Traumatische ervaringen’
Het verplegend personeel in de openbare zorgsector stevent af op een voordelige pensioenregeling, hun collega’s in de privé-sector voorlopig niet. Ook al bracht onderzoek van de Karel de Grote Hogeschool aan het licht dat één op de tien verpleegkundigen vroeg of laat door een burn-out getroffen wordt.
Melanie(30) en Lieselot (27) werken allebei zes jaar als verpleegkundige in een psychiatrische instelling, waar ze minderjarige meisjes met gedrags- en hechtingsproblemen behandelen.
HUMO Hoe zijn jullie daar beland?
Lieselot «De psychiatrie, en vooral de jongerenpsychiatrie, heeft mij altijd aangesproken. Ik vind jongeren zoveel complexer en dus interessanter dan volwassenen. We werken bovendien met jongeren die gedwongen opgenomen werden, wat maakt dat we meer weerstand ondervinden. Dat maakt de job heel boeiend en uitdagend.»
HUMO Maar ook zwaar, zei je. Waarom precies?
Melanie «Je investeert heel veel van jezelf in de job. Het begint al met de werkuren: iedereen wisselt vroege, late en nachtdiensten met elkaar af. Dat heeft een onmiskenbaar effect op je levensritme en je privéleven. Omdat er altijd voldoende mensen op de afdeling moeten zijn, kunnen we ook steeds opgeroepen worden om een zieke collega te vervangen. Dat kan weleens doorwegen.»
Lieselot «We werken met kwetsbare mensen, wat sowieso al heel delicaat is. Alles wat zij doen, heeft een effect op ons, en alles wat wij doen heeft een effect op hen.
»Het is ook een fysieke job; dat wordt vaak onderschat. Het is niet eenvoudig om iemand die een crisis doormaakt in bedwang te houden. Er zijn dagen dat je lichaam tegensputtert, maar dan nog moet je professioneel handelen. Dat kost veel energie. Na een agressie-incident ben je soms compleet leeg, maar er zijn nog andere bewoners op de afdeling, dus je kunt de aandacht niet laten verslappen.»
Melanie «De job kan heel stresserend zijn, zeker omdat we met meisjes werken. Jongens zijn toch meer rechtuit. Als hun iets niet bevalt, zeggen ze het in je gezicht en is de zaak van de baan. Meisjes zijn dan weer persoonlijker in hun dreigementen.»
Lieselot «De verhalen die je op een afdeling hoort en ziet, nestelen zich vaak in je hoofd. Je hoort al die traumatische gebeurtenissen en je maakt af en toe zelf agressie mee. Ook ons kost het tijd en energie om dat allemaal een plaats te geven.»
HUMO Gaat het dan om fysieke of verbale agressie?
Lieselot «Allebei. Ik werd de afgelopen zes jaar twee keer fysiek aangevallen. De eerste keer sloeg een meisje me met haar vlakke hand, tot ik haar kon overmeesteren. Dat incident kon ik plaatsen, omdat het meisje helemaal buiten zichzelf was. De tweede keer was ik meer onder de indruk, omdat het een persoonlijke aanval was. Dat meisje stortte zich enkel op mij, terwijl er collega’s in de buurt stonden. Ze sloeg me met haar vuisten en krabde me over mijn hele lichaam. Mijn bril was ook stuk. Dat vond ik jammer, want het was echt een mooie (lacht).»
HUMO Je vertelt het zo luchtig.
Lieselot «Na een tijdje in de psychiatrie relativeer je veel, soms misschien té veel. Als ik een nieuwe collega rondleid, valt het me telkens weer op hoe licht ik over sommige incidenten ga. Ze halen een vinger over hun keel, of beledigen je persoonlijk. Hier kweek je snel een dikke huid.»
HUMO Waar komt de agressie bij die meisjes vandaan?
Melanie «Ze weten niet hoe ze zich moeten uiten, en dat veroorzaakt onmacht, frustratie of woede. Je mag niet vergeten in welke situatie deze jonge meisjes verkeren. Ze hebben er niet zelf voor gekozen om in de psychiatrie te belanden. Ze komen uit ontregelde gezinnen, worstelen met hechtingsproblemen en zijn psychisch kwetsbaar. Daarom kunnen we die incidenten ook plaatsen. We wéten dat ze het vaak niet zo bedoelen.»
Lieselot «Ze weten ook niet hoe ze moeten omgaan met stress, wat zich nogal snel vertaalt in agressie of zelfverminking. Dat zijn precies de problemen waar wij hier aan werken.»
HUMO Hoe reageren jullie op zulke incidenten?
Lieselot «Bij zelfverminking verzorgen we de wonde meteen, maar we gaan niet te veel in op de gebeurtenis zelf. Dat zou hun daad alleen maar positief bekrachtigen. Pas later komen we er in een therapiesessie op terug.»
HUMO Helpen die sessies?
Lieselot «Vaak wel. In de periode dat ze bij ons zijn, leren we hun sociale vaardigheden aan, en leren we hun beter om te gaan met trauma’s. Mettertijd zien we die meisjes sterker worden, wat ons een enorme voldoening geeft. Voor de buitenwereld lijken ze soms onhandelbare gevallen, maar soms hebben ze gewoon een klein duwtje in de rug nodig.»
HUMO Toch kampten jullie vorig jaar allebei met een burn-out.
Lieselot «Het was een heel zwaar jaar, met veel incidenten. Op een avond liep het volledig uit de hand: een meisje nam de sleutels van een nachtverpleger af en probeerde te vluchten. Een collega is daarbij gewond geraakt. Ik ben gecrasht door het idee dat ik haar niet genoeg had geholpen. Ik heb die nacht uren gehuild. Een collega raadde me aan om een dokter te raadplegen. Die hield me vier maanden thuis.»
Melanie «Mijn problemen begonnen toen het meisje dat ik individueel begeleidde allerlei problemen veroorzaakte. Ik begon te twijfelen aan mezelf, zodat ik voor het team steeds minder van waarde was. Ook door privéperikelen stapelden de twijfels zich op, tot ik uiteindelijk moest toegeven dat ik het niet meer aankon. Ik bleef 2,5 maanden thuis. Het klinkt vreemd, maar ik ben blij dat ik het heb meegemaakt. Het heeft me getoond waar mijn grenzen liggen. Sindsdien weet ik wanneer ik even op de rem moet gaan staan.»
HUMO Gaan jullie nog lang door als psychiatrisch verpleegkundige?
Melanie «Ja. Er zijn genoeg mooie momenten die de job de moeite waard maken. Eén keer per jaar gaan we bijvoorbeeld met de meisjes op kamp en leren we elkaar op een andere manier kennen. De momenten die we daar beleven, zijn briljant. Het doet deugd om te weten dat wij hun leven positief beïnvloeden: dankzij ons lopen ze minder weg van huis, gebruiken ze minder drugs of vertonen ze minder seksueel overschrijdend gedrag.»
Lieselot «Hen alleen al terug naar school zien gaan is een overwinning. Onlangs kreeg ik nog een bericht van een meisje om me te bedanken. Ze is intussen afgestudeerd, woont zelfstandig en heeft een vaste job. Daar doen we het voor.»
Vrachtwagenchauffeurs ‘Oververmoeid en onderbetaald’
Buschauffeurs van De Lijn hebben een zwaar beroep, vrachtwagenchauffeurs uit de privésector niet. Nochtans lopen zij volgens het Amerikaanse Instituut voor Beroepsveiligheid dubbel zoveel risico op chronische ziekten als de gemiddelde mens. Eén op de vijf sukkelt met hartkwalen, zegt een onderzoek van ‘Een Hart voor Werk’, en een cardioloog omschreef vrachtwagenchauffeur zelfs als ‘het gevaarlijkste beroep’. Belangrijkste redenen: het vele zitten, de ongezonde levensstijl, oververmoeidheid en de stress onderweg.
Frank Antheunis (56) en Roger Deville (53) rijden samen bijna vijftig jaar als vrachtwagenchauffeur. Trucker zijn bleek voor de oudere generatie een echte roeping, maar het beroep heeft veel van z’n glans verloren.
Roger Deville «De samenhorigheid van vroeger is verdwenen. Wie stopt om een lekke band te vervangen, moet geregeld wegspringen of hij wordt omvergereden. In het begin van mijn carrière organiseerden we in het weekend weleens een barbecue of gingen we samen paintballen, maar ook dat gebeurt niet meer. Chauffeurs willen in het weekend niets meer met het bedrijf te maken te hebben. Ze voelen zich uitgewrongen.
»Alles draait alleen nog maar om tijd en geld. Een trucker bepaalde vroeger zelf zijn agenda, als hij maar tijdig op zijn bestemming was. Vandaag registreert een systeem waar we zijn, hoeveel keer we op het gas- of het rempedaal drukken, hoeveel brandstof we verbruiken en hoe vaak we stoppen. Dat systeem staat in verbinding met het bedrijf. Zodra we nog maar een parking oprijden om naar het toilet te gaan, begint dat ding al te piepen. ‘WAT GEBEURT ER?’ verschijnt er op het schermpje, meteen erna krijgen we een telefoontje van de dispatching. Wij hebben geen enkele autonomie meer.»
HUMO Mogen jullie dan niet stoppen voor koffie of een toiletbezoek?
Frank Antheunis «Jawel, maar zulke stops worden als rusttijd aangerekend. Daarom drinken we enkel koffie op de laad- of losplaatsen. De firma rekent daarvoor een uur, maar we zijn daar natuurlijk niet alleen. De wachttijden kunnen oplopen tot meerdere uren.»
Deville «Drie jaar geleden kwamen ze met just in time aanzetten, dat is de échte doodsteek van onze sector. Het is zo onpersoonlijk geworden. Elke avond krijg ik een computergestuurde sms met het startuur en de laad- en losplaatsen van de volgende dag. Alles wordt automatisch berekend. Een chauffeur is wettelijk verplicht om tussen twee shifts negen uur te rusten. Als ik dus op maandag om zes uur ’s avonds thuiskom, kan ik de volgende ochtend al om drie uur vertrekken. Ik sta ’s ochtends nooit op hetzelfde uur op, omdat ik ’s avonds nooit op hetzelfde uur thuis ben. Ik werk tussen 60 en 65 uur per week. En dan vragen ze soms of ik op zaterdag ook wil komen. Dat is moeilijk vol te houden.»
HUMO Met zijn dichtgeslibde en vaak slecht onderhouden wegen lijkt België ook niet het gedroomde decor voor een vrachtwagenchauffeur.
Deville «De wegeninrichting, met alle rotondes en obstakels, maakt het steeds moeilijker voor ons. Het is een mirakel dat we op sommige plaatsen nog kunnen passeren.»
Antheunis «Je staat meer stil dan je rijdt. Vroeger vertrok ik ’s ochtends een half uur vroeger om de files te vermijden, maar tegenwoordig sta je in Brussel en Antwerpen altijd vast. Die files veroorzaken ook stress. De rekening voor mijn baas loopt op, waardoor hij sneller geneigd is om een goedkopere oplossing te zoeken.»
HUMO Die oplossing vinden veel eigenaars van transportbedrijven in Oost-Europa, dat met zijn goedkope werkkrachten de sector overspoelt.
Antheunis «Mijn bedrijf werkt al 34 jaar voor Volvo Cars in Gent, maar die opdracht loopt binnenkort af omdat een buitenlandse firma een goedkopere prijs aanbiedt. Wij kunnen niet langer tegen die dumpingprijzen op.»
Deville «En we zijn al zwaar onderbetaald. Ons uurloon van 12,50 euro is zo laag dat we met 8 uur werken per dag niet toekomen. Aan een werkdag van 12 uur houden wij tussen de 70 en de 90 euro over.
»We krijgen één verkeersboete per jaar vergoed, de rest moeten we zelf betalen. Maar als we moeten lossen, kunnen we soms niet anders dan parkeren op een fietspad. Ik kreeg ooit een boete van 119 euro, dat was meer dan ik die dag had verdiend. We proberen ons werk zo goed mogelijk te doen, kloppen veel uren, slapen weinig en rijden op slechte wegen. En dan blijkt op het einde van de week dat we voor niks gewerkt hebben.»
Antheunis «Onze ‘hoge kostprijs’ is ook de reden waarom Belgische chauffeurs geen lange buitenlandse opdrachten meer uitvoeren. Wij worden per uur betaald, Oost-Europeanen per kilometer of per opdracht. Eigenlijk is dat verboden, maar daar wordt niet tegen opgetreden. Bovendien moeten wij ons houden aan strenge rij- en rusttijden, en zij niet.»
HUMO Is elke vrachtwagen dan niet uitgerust met een tachograaf, het systeem dat rij- en rusttijden bijhoudt?
Antheunis «Jawel, sommige chauffeurs hebben drie elektronische chipkaarten bij. Zo’n kaart kost 200 dollar op de zwarte markt. De controle is al iets verhoogd, maar het is onmogelijk om al die duizenden vrachtwagens te controleren.
»Sjoemelende chauffeurs worden ook steeds inventiever. Ze gebruiken bijvoorbeeld grote bestelwagens in plaats van vrachtwagens, omdat de rij- en rusttijden voor het C-rijbewijs niet gelden. Bij Volvo zie ik soms vier bestelwagens de lading van één grote vrachtwagen meenemen.»
HUMO Rijden er veel oververmoeide, ongeleide projectielen rond op onze wegen?
Deville (blaast) «Dát zijn de mannen die de ongelukken en doden veroorzaken. Ik ken een Brusselse firma die haar chauffeurs 10 euro per uur betaalt! Die mannen krijgen geen vakantiedagen, maaltijdcheques, sociale zekerheid of kinderbijslag. Dat is pure uitbuiting en niemand doet er wat aan.»
HUMO Bedreigt dat bedrog jullie werkzekerheid?
Antheunis «Onze jobs verdwijnen, maar vrachtwagenchauffeur is wel een knelpuntberoep: er zijn er te weinig. Ik ontken niet dat de transportsector zonder de Oost-Europeanen al lang op zijn gat lag. Maar ze moeten wel aan dezelfde voorwaarden werken.»
HUMO Waarom is vrachtwagenchauffeur een knelpuntberoep?
Antheunis «Omwille van het slechte imago. Een tiental jaar geleden was ik op een studiedag met een honderdtal collega’s. De voorzitter vroeg wie zijn kind zou aanraden om chauffeur te worden. Eén of twee mensen staken hun hand op. Dat wil toch iets zeggen.»
HUMO Was het vroeger dan zoveel beter?
Antheunis «Ik heb jarenlang in het scheepsbouwbedrijf van mijn vader gewerkt. Toen hij met pensioen ging, had ik geen zin om de zaak over te nemen. Ik wilde vrij zijn, en ik geloofde toen nog dat truckers symbool stonden voor die vrijheid.»
Deville «In mijn ogen is een vrachtwagenchauffeur een grote, sterke mens die goed met de wagen kan rijden en mechanisch onderlegd is. Een trucker geniet van zijn vrijheid en is graag onderweg. Daarom ben ik meer dan dertig jaar geleden chauffeur geworden. Ik doorkruiste Europa. De collegialiteit onder truckers was geweldig: kreeg je een lekke band, dan stopte er onmiddellijk een collega om te helpen. Je voelde een echte samenhorigheid tussen truckers. Het was een hechte, internationale familie.»
Antheunis «We troffen elkaar in truckersrestaurants voor een maaltijd, een douche en een praatje. Zulke momenten droegen bij aan die goede sfeer. Tegenwoordig heb je dat niet of nauwelijks meer.»
HUMO Leidt de toevloed van buitenlandse chauffeurs soms tot spanningen?
Antheunis «Onlangs telde ik op een losplaats in Antwerpen twaalf Oost-Europeanen en één Belg. Het is erg om te zeggen, maar omdat die mannen dagenlang onderweg zijn en geen tijd willen verliezen aan douchen, is de geur niet altijd even aangenaam. De sfeer is gespannen, want ze zijn doodmoe en de bedienden aan het loket spreken hun taal niet. Dat veroorzaakt geregeld verwarring en frustratie.»
Deville «Ach, die mensen treft geen schuld. Men wijst Oost-Europese chauffeurs graag met de vinger, maar het zijn de geldbeluste bazen die de verantwoordelijkheid dragen. Wij moeten steeds goedkoper en sneller werken. Dat kan niet blijven duren.»
HUMO Gaan jullie met tegenzin werken?
Antheunis «Mijn eerste jaren als chauffeur was ik trots en vrolijk, maar dat gevoel is weg. Zeker de oudere chauffeurs hebben het erg moeilijk, ze kunnen het gejaag niet meer aan. Ik moet in principe werken tot mijn 66ste, maar ik kan in 2024 met vervroegd pensioen. Het is spijtig om te zeggen, maar ik kijk er al naar uit.
»Chauffeurs vragen zich onder elkaar weleens af wat er zou kunnen gebeuren om onze situatie te verbeteren. De meest gehoorde opmerking is dan niet ‘een beter loon’, maar ‘meer respect’. Een klein beetje meer respect van de werkgevers, de klanten of andere weggebruikers zou onze job al veel draaglijker maken.»
HUMO Hoe uit zich dat gebrek aan respect?
Antheunis «We krijgen de hele dag op onze kop. Zijn we te vroeg op een laadplaats, dan verstoren we de planning. Staan we te lang in de file, dan belt de baas want hij moet een boete betalen als wij meer dan een uur te laat zijn op een laadplaats. Maar wij kunnen toch niet vliegen?
»Ik heb in mijn hele carrière nog nooit een compliment gekregen. Eén keer heeft mijn baas me bedankt omdat ik insprong voor iemand anders. Iedereen heeft weleens nood aan een schouderklopje, dat is menselijk. Op den duur begint dat gemis aan respect te wegen. Ik ken veel collega’s die een andere job zoeken. Ons bedrijf telt 70 chauffeurs, van wie er nu vier thuis zijn met een depressie.»
Deville «In ons bedrijf zijn veel mensen langdurig ziek. Enkele vijftigers met een kapotte rug zien we niet meer terug voor hun pensioen. De uitstroom is enorm. De jongste in het bedrijf is 30 jaar. Hem houden we krampachtig aan boord, want hem vervangen is praktisch onmogelijk.
»Een vrachtwagenchauffeur heeft een slecht imago. Mensen noemen onze vrachtwagens groot, lomp en gevaarlijk, maar ze vergeten wel dat elk voorwerp in hun huis ooit in een camion heeft gestaan.»
HUMO Hoe is jullie omgang met andere weggebruikers?
Antheunis «Die is er niet op verbeterd. Natuurlijk zijn sommige vrachtwagenchauffeurs cowboys: ze rijden te dicht op elkaar, halen in waar het niet mag of spelen tijdens het rijden op hun gsm. Er zijn zelfs chauffeurs die een laptop op het dashboard zetten en naar een film kijken. Dat valt natuurlijk niet goed te praten, maar het gebeurt niet alleen bij truckers. Vanuit mijn cabine zie ik álle chauffeurs met hun gsm bezig. Ze leggen de telefoon op hun been en scrollen op de snelweg door hun berichten. Natuurlijk, als er bij een vrachtwagenchauffeur iets gebeurt, is de schade wel veel groter.»
HUMO Hebben jullie al ongevallen gehad?
Antheunis «Neen, gelukkig niet. Dat moet verschrikkelijk zijn. Ik heb al veel chauffeurs horen zeggen dat ze onmiddellijk stoppen als ze ooit zoiets vreselijks als een dodehoekongeval meemaken.»
HUMO Acht uur of langer per dag achter het stuur zitten: wat doet dat met een lichaam?
Antheunis «Wij hebben bijna allemaal een pijnlijke rug, omdat we de hele dag op een wippende stoel zitten. Tegenwoordig hebben we tenminste al vering in de zetel, die luxe hadden we vroeger niet.
»Omdat we veel stilzitten, hebben de meeste chauffeurs natuurlijk ook te kampen met overgewicht. Ik ben altijd zwaar geweest, maar een ganse dag zitten helpt niet.»
HUMO Nemen vrachtwagenchauffeurs veel pillen?
Antheunis «Ja, vooral pijnstillers. Het zou niet mogen als je rijdt, maar het gebeurt.»
Deville «Een collega slikte pillen om wakker te blijven. Dat helpt een tijdje, maar het maakt je ook rustelozer en minder attent. Die collega is zwaargewond geëindigd in een gracht in Meise.»
HUMO Zou medicatie een oorzaak kunnen zijn van ongevallen?
Deville «Uit onderzoek bleek dat drugs, alcohol én medicijnen enkele van de belangrijkste factoren van ongevallen zijn, naast vermoeidheid en slecht onderhoud van de wagen.»
Antheunis «Volgens mij zijn veel kop-staartbotsingen te wijten aan tunnelvisie. Wie lang rijdt, ziet gewoon niets meer. Dat is trouwens ook zo als je met een personenwagen rijdt.»
HUMO Weegt jullie beroep op jullie privéleven?
Deville «Ja. We kunnen niets plannen, omdat we nooit op voorhand onze agenda kennen. Voor een bezoek aan de tandarts of een onderzoek in het ziekenhuis moeten we verlof aanvragen.
»Vroeger ging ik op vrijdag-avond nog iets drinken maar dat lukt niet meer. Ik ben doodop en val na tien minuten in de zetel in slaap. Daar klagen chauffeurs nog het meest over: we zijn allemaal moe.»
Antheunis «Vroeger was zowat 90 procent van onze vrachtwagenchauffeurs gescheiden. In de week waren ze weg en in het weekend sliepen ze. Nu de Belgen geen lange afstanden meer doen, is dat probleem afgenomen. Dat is dan het enige positieve aan de concurrentie met Oost-Europa.»